dinsdag 5 november 2013

Pizza

Dag 16: Zaterdag 24 Augustus

De vliegen hebben streepjes en worden steeds brutaler. Ik vraag me af hoe koeien het in de hitte met deze kleine rakkers uithouden. Zeker gezien het feit koeien geen handen hebben deze vliegende terroristen te vermorzelen. Het enige wat de koeien kunnen is herhaaldelijk met hun staart slaan zodat de vlieg een centimeter opschuift.
Ik twijfelde of ik m'n rustdag niet in de caravan zou doorbrengen, wat uitzonderlijk comfortabel zou zijn, ware het niet wellicht betrapt te zullen worden door een uit de kluite gewassen zigeuner met een zwarte snor. Ik koos voor de weg.
Na een half uur kwam de beloning tevoorschijn. Zonsopgang aan de Middellandse zee.  Met een vroege vogel pootje badend in het brakke rimpelloze water. De zee als een fatamorgana van rust, tevreden klotsend op het kiezelstrand.
Fransen vakantiegangers pleuren overal waar mogelijk en enigzins de moeite waard is, hun camper neer om er, hoe kan het ook anders te kamperen. Zo ook aan het strand. Enkele kampeerders hadden besloten een ochtendduik te nemen in de spiegel gladde zee. Een flipper van de badgast toucheert de horizon. Waarschijnlijk is hij op zoek naar ontbijt. Vers uit de zee, zoals iedereen weleens zou willen ontbijten. Op de kiezels ongeveer twintig meter van de plaats die ik gebombardeerd had als mijn eigen ontbijtstek, lag een pikzwarte man te tukken. Hij lag vredig in z'n zwarte t-shirt met zilveren glitterletters (Gerard Joling shirt), Dolce Gabbana zonnebril en kapotte witte spijkerbroek diep weggedompelt te slapen. Ineens stond de man op en liep weg. Bam, wakker, opstaan, weg, links op, lopen. Geen moment van aarzeling of (des)orientatie. Alsof hij hier elke nacht sliep.





Het volgende stukje gaat over de kust.
De kust is mooi en lekker warm. Misschien daarom dat er zo ontiegelijk veel mensen opaf komen. De overgrootte meerderheid is vijftig plus. Waarschijnlijk hebben ze hun hele leven gewerkt om dit doel, 'van je pensioen genieten', te bereiken. Hutje mutje genietend van hun oude dag. Opeengepakt als legbatterij kippen. Het is triest om te zien hoe al die mensen zo dicht op elkaar wonen, maar toch zo opzichzelf gericht zijn. Je eigen hachje redden. Dat geldt hier aan de onvriendelijk kust.
De weg was recht en de kust was krom. De weg is doodlopende en Jules keert maar weer om. Het duurde vier uur om 30 tot 40 kilometer af te leggen. De ene tegenvaller na de andere. Vele malen raakte ik compleet verdwaald in de nederzettingen van huizen en villa's.
Van ellende ben ik bramen gaan plukken met een vrouw van ik schat zo'n 60 jaar. De vrouw droeg een blauwe hoofddoek en zwarte rok met sandalen. Ze had een plastic bakje waar ze de geplukte bramen in verzamelde. Ik mocht ook plukken. Ik werd geadviseerd om de bramen te plukken die onder het struikgewas groeien. Deze zijn langzaam en zorgvuldig gerijpt in de schaduw en hebben daardooor een hoger suikergehalte wat zorg voor een zoete smaakexplosie in de mond. Het probleem is dat bramen groeien aan prikstruiken en de greppel in Frankrijk vaak ee hoek heeft van boven de 45 graden. Een zachte berm kennen ze hier niet.

Mijn richtingsgevoel is goed, ik had zonder kompas de Middellandse zee bereikt. Helaas laat het richtingsgevoel mij soms in de steek, of ik laat een steek vallen. In dit geval had ik me met moeite geinstalleerd op een veerpont om naar de overkant van een rivier te raken, bleek ik bij nader inzien al aan de juiste kant van de rivier te zijn.
Uiteindelijk volgde ik een kanaal  waarnaast een zandpad liep, inclusief boomstronken, keien, stof, zand (nogeens het noemen waard), water, stank, boten, grind en zand. Ik fietste achter een Belgisch gezin. Na acht kilometer door het stof bleek ik terug te zijn gefietst naar Agde. Terug waar ik twee uur geleden ook was. Gelukkig vond ik meteen een D-weg die zou leidden naar het binnenland, richting Beziers. In Capestang vond ik een camping die in tegenstelling tot een camping aan de kust geen dertig euro kost maar negen euro per nacht.
Ik ontmoette drie dappere fietsen uit het noorden van Frankrijk. Alice, Christian en Julnazek.


Alice heeft kort haar in kuifmodel, blosjes op haar wangen, fietsbroek en een hempje aan. Ik schat haar zo  midden in de dertig. Ze heeft zeven jaar in China gewerkt als succesvol accountant. Ze kent de Chinese taal (niet alle 5000 tekens), maar een goede 2000 tekens. Na het overlijden van haar vader, maakte ze een rigoureuse veranding. Ze zeggde haar goedbetaalde baan op, gaf de brui aan haar uitstekende carriere, maakte een einde aan haar relatie van 8 jaar en ging weer in Parijs wonen. Ze is nu werkloos en volgt acteerlessen omdat ze dat al van jongs af aan wilde. Haar moeder woont in Zuid-Afrika en was heel enthousiast dat ze ging fietsen. Ze bezit een vlotte babbel in vloeiend Engels.

Christian is de rare snuiter van de groep. Hij heeft een geleefd gezicht en flinke inhammen in zijn korte blonde haar. Hij heeft scheve tanden, een kort afgeknipte spijkerbroek, sandalen en een fleesh shirt aan. Een goede fietsersoutfit te noemen.
Christian is bezig een spel te ontwerpen. Een Frans georienteerd, cultureel kaart/bord spel met de naam 'Sheet it'. Het spel wordt gespeeld met 4 of 5 spelers die elk vragen moeten beantwoorden over Frankrijk en de wereld. Bijvoorbeeld:
- Noem de zes spaceshuttles van NASA?
- Noem de vier voetballers die elk vier gouden schoenen in hun prijzenkast hebben staan?
Christian struint dag en nacht Wikipedia en zulke sites af, opzoek naar informatie, betrouwbare bronnen en antwoorden. Dat is z'n werk. Ook Christian woont in Parijs. Hij is 48 of 38, ik kon het niet goed verstaan. Iedere avond rookt hij een joint. Hij heeft in een ver verleden een half jaar in Quebec, Canada gewerkt als ober.

Juldaznek is geboren en getogen in Oekraine. Twee jaar geleden is hij naar Frankrijk verhuist, z'n vader achterna, in de hoop meer geld te verdienen. In twee jaar tijd heeft hij zich de Franse taal meester gemaakt, door kinderboeken te lezen, televisie te kijken en te praten met vrienden. Juldaznek verdient z'n brood als schaakleraar aan kinderen op de basisschool. In Oekraine zijn jaarlijks op verschillende plaatsen grote rock georienteerde festivals, die hij vaak bezoekt. Het vind plaats midden in de bossen, zonder regels en vergunningen, met een gemoedelijk sfeer. Ik zou er ook maar eens heen moeten zei ie! Hij heeft kort zwart haar, een bleek gezicht en grove kaaklijk. Een bril die half zwart doorschijnend is, maakt het oostblok stereotype meer dan waard. Hij draag een wit T-shirt met tribal, een driekwartbroek met witte gympen eronden.

Deze drie kanjers leerde elkaar kennen via een website om samen te fietsen. Eigenlijk was er een vierde meisje, maar na drie dagen haakte zij af. Ze zijn nu vijf dagen onderweg met stukjes trein en veel kanaal. Met z'n alle aten we pizza in een sjiek restaurant. De portemonnee vond het minder leuk dan ik. Het was immers weekend.
Na het eten gingen Juldaznek en ik vragen beantwoorden die Christian met z'n spel had bedacht. Daarbij draaide Christian een kanon van een joint en stak die triomfantelijk in de fik. Een fakkel te noemen. Ineens wist ik waar hij z'n inspiratie vandaan haalde. Christian kon na een tijdje geen Engels meer spreken, enkel nog lachen. Ik praatte dus met Juldaznek over de festival in Oekraine. Om twaalf uur ging ik tukken, zo stoned als een kanarie.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten