Rustdag. Ik sliep vandaag lekker lang uit, dat kan op een camping. Ik droom de laatste tijd veel, of ik onthoud mijn dromen nu. Het zal er wel mee te maken hebben dat ik veel zie en meemaak onderweg. Het voelde raar niet te hoeven fietsen. Ik heb in korte periode veel kilometers gemaakt. Ik ga wat rustiger aan doen, een tandje terug schakelen, onthaasten. Daarnaast probeer ik me aan te passen aan de, in mijn ogen zeer efficiënte manier van leven, van de fransen. S'morgens vroeg uit de veren, ongeveer vier uurtjes werken en daarna matinee, twee uur uitgebreidt en langzaam eten. Dan weer vanaf drie uur (de hitte is inmiddels verdragelijk) met het buikje rond weer aan de slag. Alle energie gaat efficiënt naar het fietsen in de namiddag. S'avonds nog een hapje voor het slapen gaan. C'est tout. Wij nederlanders eten s'avonds warme maaltijden, terwijl je in de middag de meeste energie verbruikt. Beter s'middags warm eten en zodat je het voedsel efficiënt kunt verbranden. 4 uur fietsen, 2 uur niets doen, 4 uur fietsen. Het gat van de dag. De onbestemde tijd van hitte tussen het digestief van de lunch en het aperitief van het diner.
Wij eten een bruine boterham met kaas en melk. Op een bruine boterham kan men de Tour niet fietsen.
Ik ging maar wandelen in plaats van fietsen op mijn rustdag. Over een grindpad wat parallel liep aan het riviertje. Ergens op een boomstam ging ik frans studeren. Ouderwets zinnetjes uit je hoofd leren: Vous etes tres aimable, les amis des mes amis sont mes amis, honni soit qui mal y pense enz enz.
Op de terugweg naar de camping sprong ik per ongeluk in een plas modder van een halve meter diep. Ik zat vast, maar kon me met een stok uit de slijk trekken. De geur van rottende bladeren zou me de volgende dagen blijven achtervolgen. M'n schoenen waren niet schoon te krijgen.
Terug op de camping sloeg de verveling toe. Ik deed lezen en campingmensen kijken.
Uit verveling heb ik ook mijn aller laatste sigaretten achter elkaar opgerookt. Ik stelde mezelf als doel deze keer echt te stoppen met fompen. Fietsen is daar een ideaal moment voor. Roken is niet nodig. Ik wil soberder leven met minder middelen, maximale focus op natuur om me heen. Ik verwen mezelf met bier, sigaretten, chips, koekjes en dergelijke. Een banaan of appel is ook lekker.
Ik dronk een biertje op een bankje aan de rivier toen er een man op me af stapte. Op het voetbalveld naast de camping stond z'n ezel te grazen. De man reisde twee jaar aan een stuk door respectievelijk Spanje, Portugal en nu Frankrijk. Hij was bezig met z'n eigen 'Tour de France'. De ezel als pakezel en de man al lopend. Soms dertig kilometer op een dag, soms deed hij er zestig. Samen dronken we een biertje.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten